17.2.2 Beroep niet tijdig beslissen
Twee weken na de igs, dus op de 15e dag, kun je bij de rechtbank beroep instellen tegen het niet tijdig nemen van een beslissing. Dit noemen we beroep niet tijdig (BNT) of beroep niet tijdig beslissen (BNTB). Je kunt de rechter in het BNT vragen om de IND een laatste beslistermijn te geven en een rechterlijke dwangsom op te leggen als de IND niet binnen die termijn beslist.[26] De gerechtelijke dwangsom geldt dus wel voor asielzaken.[27]
In asielzaken kun je het BNT digitaal instellen via het rechtspraakportaal. Voor gezinnen wordt uitgegaan van samenhang en als dit het geval is dan volstaat één beroep, bijvoorbeeld op naam van de man.[28] Mocht je van mening zijn dat er geen sprake is van samenhang, dan kun je onder gedegen motivatie twee of meerdere beroepen instellen voor de afzonderlijke gezinsleden.[29]
Bij het instellen moet je overleggen: een kopie ingebrekestelling en/of ontvangstbevestiging van de ingebrekestelling. Na het instellen van het BNT krijg je een termijn voor het indienen van de gronden en de IND krijgt een termijn voor het indienen van een verweerschrift.
Je cliënt is geen griffierecht verschuldigd omdat hij een asielzoeker is. Als je per abuis toch een nota ontvangt van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak (LDCR) dan kun je die laten crediteren door een berichtje te sturen aan de rechtbank via de rechtspraakportal.
Het is gebruikelijk dat je als advocaat toestemming geeft aan de rechtbank om het beroep buiten zitting af te doen. Dit kun je aangeven in de gronden of in een apart bericht. Mocht je een bijzondere zaak hebben en die op zitting behandeld willen hebben, dan kun je vragen om een zitting. Houd er rekening mee dat het in dat geval langer zal duren voordat je een uitspraak hebt en de dwangsom dus ook later zal ingaan. Tegen de uitspraak van de rechtbank staat verzet open.
Rechtbanken hebben beleidsafspraken gemaakt voor de beslistermijnen die in een BNT aan de IND worden opgelegd. Zij hanteren veelal:
- 2 weken als de IND niet reageert op het beroep;[30]
- 8 weken als de IND vraagt om meer tijd voor de beslissing;
- 8 weken voor het gehoor en 8 voor de beslissing (8+8 wekenmodel).[31]
De rechter kan en mag ook een andere termijn opleggen als hierom gemotiveerd wordt verzocht. Lees dus het verweerschrift van de IND en motiveer indien nodig de termijn waarbinnen jij vindt dat de IND een beslissing moet nemen. Onderbouw dit zo goed mogelijk. De rechter legt in de uitspraak een dwangsom op van €100,- per dag met een maximum van €7.500,-.
Als de uitspraak op zich laat wachten dan kun je de rechtbank herinneren via een berichtje in het rechtspraakportaal. Als er bijzondere omstandigheden zijn (zoals minderjarigheid of medisch) dan is het handig dit via een bericht aan de rechtbank kenbaar te maken.
Als je gevraagd hebt om de IND te veroordelen in de proceskosten dan krijg je die meestal wel. Na de uitspraak ontvang je van de IND een formulier ‘verstrekken bankgegevens’. Vul dat in en stuur het ingevuld naar: [email protected] Voor je eigen boekhouding kan het goed zijn meteen je eigen factuur op te maken voor deze proceskostenvergoeding en die mee te sturen met het formulier. Mocht je het formulier niet ontvangen binnen vier weken na de uitspraak dan kun je het opvragen bij hetzelfde e-mailadres.
Als de IND een beslissing neemt tijdens het BNT, dus voor de uitspraak in BNT, dan kun je van de rechtbank evengoed een proceskostenvergoeding vragen.
Neemt de IND geen beslissing binnen de termijn die de rechtbank heeft opgelegd dan gaat de gerechtelijke dwangsom lopen. Na 75 dagen is de gerechtelijke dwangsom volgelopen en kun je een tweede BNT instellen als de IND nog steeds geen beslissing heeft genomen. Je hoeft daarvoor niet eerst een nieuwe ingebrekestelling te sturen.[32] Voeg naast de ingebrekestelling ook de eerste BNT-uitspraak van de rechtbank toe als je beroep instelt, want dan is het voor de rechtbank meteen duidelijk dat het om een tweede BNT gaat en wordt dit beroep vaak sneller behandeld. In het tweede BNT legt de rechtbank vaak de kortste beslistermijn op van 2 weken en een dwangsom van €200,- per dag met een maximum van €15.000,-.
Mocht blijken dat je je toch verrekend hebt in de termijn voor de ingebrekestelling of het beroep, verzend dan meteen een nieuwe ingebrekestelling of stel meteen opnieuw beroep in. Als dit zich voordoet tijdens een lopende BNT-procedure dan kun je de rechter hierna verzoeken om de zaken samen te behandelen. Het voordeel hiervan kan zijn dat je sneller een uitspraak hebt.
De termijn voor de dwangsom kan in onderling overleg tussen jou en de IND worden opgeschort.[33] Als je cliënt bijvoorbeeld meer tijd nodig heeft om aanvullende documenten te regelen dan kan het slim zijn om in je uitstelverzoek voor het indienen van een zienswijze schriftelijk in te stemmen met opschorting van de dwangsomtermijn. De IND kan ook aan jou verzoeken om in te stemmen met opschorting als zij bijvoorbeeld aanvullend onderzoek willen doen. Overleg altijd met je cliënt of hij instemt met opschorting.
Als de IND een beslissing intrekt, dan wordt de procedure voortgezet naar stand van zaken waarin de procedure zich ten tijde van het ingetrokken besluit bevond. Is er een geldige igs, dan herleeft die.[34] De IND neemt dan vaak contact op of je het beroep wilt intrekken. Realiseer je dat bij het door laten lopen van het inhoudelijke beroep, het beroep omklapt naar een BNT. Als de IND gedurende de BNT een beslissing neemt, dan kun je het BNT laten omklappen naar een inhoudelijk beroep.[35] De rechtbank doet dit vaak vanzelf, maar je kunt de rechtbank dit ook verzoeken.
-
Proces
- 1. De asielprocedure uitgelegd
- 2. De Dublinprocedure
- 3. Opvolgende aanvraag
- 3.1 De intake
- 3.2 Model M35-O invullen
- 3.3 Indienen opvolgende asielaanvraag
- 3.4 Voorbereiding op het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.5 Nabespreking van het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.6 Reactie naar de IND
- 3.7 Gevolgen indiening opvolgende aanvraag
- 3.8 Beschikking en rechtsmiddelen
- 3.9 Nazorg
- 3.10 Doen - Niet doen
- 4. Beroep en vovo
- 5. Hoger beroep en vovo
- 6. Internationale rechtsmiddelen
- 6.1 Hof van Justitie van de Europese Unie
- 6.2 Jurisprudentieonderzoek
- 6.3 Opstellen van prejudiciële vragen
- 6.4 Verloop van de procedure bij het HvJEU
- 6.5 Uitspraak van het HvJEU
- 6.6 Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- 6.6.1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)
- 6.6.2 Analyse ontvankelijkheid
- 6.6.3 Start procedure
- 6.6.4 Opstellen feitenrelaas
- 6.6.5 Opstellen toelichting schendingen
- 6.6.6 Uitputting nationale rechtsmiddelen
- 6.6.7 Checklist formele vereisten
- 6.6.8 Bespreken proces met cliënt
- 6.6.9 Contact met procespartijen
- 6.6.10 Opstellen friendly settlement
- 6.6.11 Repliek-dupliek
- 6.6.12 Uitspraak
- 6.7 VN-comités
- 6.8 Doen - Niet doen
-
Thema's
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 7.1 Dossieranalyse 1F indicaties
- 7.2 Afspraak cliënt
- 7.3 Verwijzing naar 1F-unit
- 7.4 Voornemen artikel 1F
- 7.5 Beschikking en rechtsmiddelen
- 7.6 Hoger beroep
- 7.7 Artikel 1F vs artikel 3 EVRM na rechtsmiddelen
- 7.8 Europees inreisverbod
- 7.9 Ongewenstverklaring
- 7.10 Opvolgende aanvraag
- 7.11 Doen - Niet doen
- 8. De alleenstaande minderjarige
- 9. Medische aspecten in asiel
- 10. Gezinshereniging: nareis en artikel 8 EVRM
- 11. Mensenhandel en uitbuiting
- 12. Buitenschuldvergunning
- 13. Bronnen onderbouwen asielrelaas
- 13.1 Categorieën bronnen
- 13.2 Landeninformatie
- 13.3 Medische documentatie
- 13.4 Verklaringen van derden
- 13.5 Contacten met organisaties
- 13.6 Beleidstukken
- 13.7 Jurisprudentie
- 13.8 Gebruik van inhoudelijke bronnen
- 13.9 Onderzoek KMar en Bureau Documenten
- 13.10 Taalanalyse
- 13.11 Gebruik van juridische bronnen
- 13.12 Nieuwsbrieven
- 13.13 Doen - Niet doen
- 14. Verkrijgen en behoud van de verblijfsvergunning asiel
- 15. Terugkeerbesluit, vreemdelingenbewaring en vertrek
- 16. Moratoria en Richtlijn Tijdelijke Bescherming
- 17. Overschrijden termijnen, dwangsom en verjaring
- 18. Tolken en vertaling
- 19. Second opinion
- 20. Opvang COA
- 21. Klachten
- 21.1 Een klacht indienen
- 21.2 Klacht tegen een andere advocaat
- 21.3 Redenen om een klacht in te dienen
- 21.4 Klachtprocedure bij een bestuursorgaan
- 21.5 Klachtwaardig gedrag van tolken
- 21.6 Procesverloop klacht
- 21.7 Klachtprocedure bij de Nationale ombudsman
- 21.8 Zelf een klacht krijgen
- 21.9 Doen - Niet doen
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 22. Totaaloverzicht Doen - Niet Doen