20.4.2 Opvang tijdens opvolgende aanvragen en (hoger) beroep
Als een asielaanvraag van je cliënt wordt afgewezen dan heeft dat gevolgen voor zijn recht op opvang. Na een negatieve beslissing/uitspraak is er een termijn om in (hoger) beroep te gaan. Gedurende deze termijn mag je cliënt in de opvang blijven.
Over het wel of niet hebben of behouden van opvang en voorzieningen is het nodige te doen geweest. Beleid en daartegen gevoerde juridische procedures hebben tot veel discussie geleid. Jurisprudentie heeft hierin meer kader gebracht. De ABRvS heeft bepaald dat alle rechtsgevolgen van een terugkeerbesluit van rechtswege geschorst moeten worden tijdens de rechtsmiddelentermijn naar aanleiding van het arrest Gnandi.[12]
Als een cliënt een opvolgende aanvraag heeft ingediend, dan geldt dit ook,[13] tenzij er geen nova zijn en de aanvraag alleen is ingediend om de aanstaande uitzetting te voorkomen.[14] Ook als je cliënt een verblijfsrecht heeft in een andere EU-lidstaat heeft hij recht op opvang tijdens de rechtsmiddelentermijn.[15]
Verblijf gedurende de beroepsprocedure levert rechtmatig verblijf op cf. artikel 8, sub h Vw.
Je cliënt mag een hoger beroep niet in Nederland afwachten, want hoger beroep heeft geen schorsende werking. Mocht het COA de opvang daadwerkelijk gaan beëindigen, dan kun je daartegen een (spoed) vovo vragen bij de ABRvS.
Als het COA de opvang gaat beëindigen dan krijgt je cliënt van het COA een brief waarin de einddatum staat. Die brief kun je in een vovo aan de ABRvS zenden en vragen om voor die einddatum een uitspraak te doen op de vovo. Mocht je geen vovo hebben lopen, dan kun je met die brief een vovo aanvragen.
Het is niet mogelijk om rechtstreeks tegen het COA te procederen over de beëindiging van de opvang indien deze beëindiging voortvloeit uit een beslissing van de IND op de asielaanvraag.[16] Je zult dus in de asielprocedure de rechter moeten vragen om een (spoed) vovo te treffen zodat je cliënt gedurende de gerechtelijke procedure in de opvang mag blijven, indien het COA de opvang daadwerkelijk eindigt of dreigt te beëindigen.
Een beroep tegen een negatieve beslissing op een asielverzoek heeft automatisch schorsende werking (artikel 82 Vw). Dit geldt echter niet voor alle asielprocedures. Als de IND een beslissing neemt, dan staat in het besluit vermeld of de rechtsgevolgen worden opgeschort. Belangrijk is dus om de beslissing goed te lezen.
Let op vovo voor recht op opvang
Als de rechtsgevolgen worden opgeschort door beroep in te stellen dan heeft dat tot gevolg dat je cliënt gedurende het beroep in de opvang mag blijven. Als het beroep de rechtsgevolgen van de beschikking niet opschort dan is het dus niet alleen voor het gevaar op uitzetting belangrijk om een vovo te vragen, maar ook voor het recht op opvang.
-
Proces
- 1. De asielprocedure uitgelegd
- 2. De Dublinprocedure
- 3. Opvolgende aanvraag
- 3.1 De intake
- 3.2 Model M35-O invullen
- 3.3 Indienen opvolgende asielaanvraag
- 3.4 Voorbereiding op het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.5 Nabespreking van het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.6 Reactie naar de IND
- 3.7 Gevolgen indiening opvolgende aanvraag
- 3.8 Beschikking en rechtsmiddelen
- 3.9 Nazorg
- 3.10 Doen - Niet doen
- 4. Beroep en vovo
- 5. Hoger beroep en vovo
- 6. Internationale rechtsmiddelen
- 6.1 Hof van Justitie van de Europese Unie
- 6.2 Jurisprudentieonderzoek
- 6.3 Opstellen van prejudiciële vragen
- 6.4 Verloop van de procedure bij het HvJEU
- 6.5 Uitspraak van het HvJEU
- 6.6 Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- 6.6.1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)
- 6.6.2 Analyse ontvankelijkheid
- 6.6.3 Start procedure
- 6.6.4 Opstellen feitenrelaas
- 6.6.5 Opstellen toelichting schendingen
- 6.6.6 Uitputting nationale rechtsmiddelen
- 6.6.7 Checklist formele vereisten
- 6.6.8 Bespreken proces met cliënt
- 6.6.9 Contact met procespartijen
- 6.6.10 Opstellen friendly settlement
- 6.6.11 Repliek-dupliek
- 6.6.12 Uitspraak
- 6.7 VN-comités
- 6.8 Doen - Niet doen
-
Thema's
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 7.1 Dossieranalyse 1F indicaties
- 7.2 Afspraak cliënt
- 7.3 Verwijzing naar 1F-unit
- 7.4 Voornemen artikel 1F
- 7.5 Beschikking en rechtsmiddelen
- 7.6 Hoger beroep
- 7.7 Artikel 1F vs artikel 3 EVRM na rechtsmiddelen
- 7.8 Europees inreisverbod
- 7.9 Ongewenstverklaring
- 7.10 Opvolgende aanvraag
- 7.11 Doen - Niet doen
- 8. De alleenstaande minderjarige
- 9. Medische aspecten in asiel
- 10. Gezinshereniging: nareis en artikel 8 EVRM
- 11. Mensenhandel en uitbuiting
- 12. Buitenschuldvergunning
- 13. Bronnen onderbouwen asielrelaas
- 13.1 Categorieën bronnen
- 13.2 Landeninformatie
- 13.3 Medische documentatie
- 13.4 Verklaringen van derden
- 13.5 Contacten met organisaties
- 13.6 Beleidstukken
- 13.7 Jurisprudentie
- 13.8 Gebruik van inhoudelijke bronnen
- 13.9 Onderzoek KMar en Bureau Documenten
- 13.10 Taalanalyse
- 13.11 Gebruik van juridische bronnen
- 13.12 Nieuwsbrieven
- 13.13 Doen - Niet doen
- 14. Verkrijgen en behoud van de verblijfsvergunning asiel
- 15. Terugkeerbesluit, vreemdelingenbewaring en vertrek
- 16. Moratoria en Richtlijn Tijdelijke Bescherming
- 17. Overschrijden termijnen, dwangsom en verjaring
- 18. Tolken en vertaling
- 19. Second opinion
- 20. Opvang COA
- 21. Klachten
- 21.1 Een klacht indienen
- 21.2 Klacht tegen een andere advocaat
- 21.3 Redenen om een klacht in te dienen
- 21.4 Klachtprocedure bij een bestuursorgaan
- 21.5 Klachtwaardig gedrag van tolken
- 21.6 Procesverloop klacht
- 21.7 Klachtprocedure bij de Nationale ombudsman
- 21.8 Zelf een klacht krijgen
- 21.9 Doen - Niet doen
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 22. Totaaloverzicht Doen - Niet Doen