4.3.1 Vorm beroepschrift
Als we het over de vorm hebben, dan is het goed om te weten dat rechters en de juridische ondersteuners ook mensen zijn die ervan houden dat de beroepschriften duidelijk zijn. Zij moeten liefst in één oogopslag door hebben waar de zaak over gaat. Als de behandelend rechter moet zoeken naar wat er nu bedoeld wordt, wat de strekking van een bepaald argument is of op welk deel van het besluit een beroepsgrond ziet, dan gaat er iets mis. Stel jezelf eerst de vraag: “Wat wil ik zeggen?” en daarna de vraag “staat dat er ook?”
Maak gebruik van helder, duidelijk taalgebruik; probeer je argumenten per onderwerp te groeperen en zorg dat deze - indien mogelijk - de structuur van de beslissing volgen.
Motiveer en leg uit waarom bepaalde overwegingen in het bestreden besluit niet kloppen en wat daar dan de consequentie van moet zijn. Breng een nummering aan en werk met “kopjes”.[30]
Een duidelijk beroepschrift schrijven
- Zorg ervoor dat de rechter niet hoeft te zoeken: maak meteen duidelijk waar het beroepschrift over gaat
- Gebruik heldere taal
- Groepeer je argumenten per onderwerp
- Gebruik een duidelijke nummering en kopjes
- Laat je argumenten de structuur van de beslissing volgen
- Motiveer je argumenten
- Let uit wat de consequenties zijn van deze argumenten
Wat hiervoor over de vorm is geschreven behelst geen wet van Meden en Perzen. Het zijn instrumenten die je kunt toepassen om de leesbaarheid van het beroepschrift te vergroten. Daarmee wordt het voor de rechter makkelijker om met de inhoud bezig te zijn. Alle energie die een rechter moet steken in het begrijpend maken van wat de advocaat eigenlijk naar voren probeert te brengen, is energie die mogelijkerwijs ten koste gaat van daadwerkelijk naar de inhoud kijken. Dat is niet in het belang van jouw cliënt. Je wilt de rechter in het geding voor je winnen, overtuigen van je standpunt(en). Een rechter die geïrriteerd raakt bij het lezen van de beroepsgronden omdat deze niet duidelijk zijn, rommelig, niet ter zake doend, zal waarschijnlijk minder snel geneigd zijn een beroep gegrond te verklaren. Een rechter die bij het lezen van de beroepsgronden in zijn achterhoofd telkens ja aan knikken is, heeft verreweg de voorkeur.
-
Proces
- 1. De asielprocedure uitgelegd
- 2. De Dublinprocedure
- 3. Opvolgende aanvraag
- 3.1 De intake
- 3.2 Model M35-O invullen
- 3.3 Indienen opvolgende asielaanvraag
- 3.4 Voorbereiding op het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.5 Nabespreking van het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.6 Reactie naar de IND
- 3.7 Gevolgen indiening opvolgende aanvraag
- 3.8 Beschikking en rechtsmiddelen
- 3.9 Nazorg
- 3.10 Doen - Niet doen
- 4. Beroep en vovo
- 5. Hoger beroep en vovo
- 6. Internationale rechtsmiddelen
- 6.1 Hof van Justitie van de Europese Unie
- 6.2 Jurisprudentieonderzoek
- 6.3 Opstellen van prejudiciële vragen
- 6.4 Verloop van de procedure bij het HvJEU
- 6.5 Uitspraak van het HvJEU
- 6.6 Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- 6.6.1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)
- 6.6.2 Analyse ontvankelijkheid
- 6.6.3 Start procedure
- 6.6.4 Opstellen feitenrelaas
- 6.6.5 Opstellen toelichting schendingen
- 6.6.6 Uitputting nationale rechtsmiddelen
- 6.6.7 Checklist formele vereisten
- 6.6.8 Bespreken proces met cliënt
- 6.6.9 Contact met procespartijen
- 6.6.10 Opstellen friendly settlement
- 6.6.11 Repliek-dupliek
- 6.6.12 Uitspraak
- 6.7 VN-comités
- 6.8 Doen - Niet doen
-
Thema's
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 7.1 Dossieranalyse 1F indicaties
- 7.2 Afspraak cliënt
- 7.3 Verwijzing naar 1F-unit
- 7.4 Voornemen artikel 1F
- 7.5 Beschikking en rechtsmiddelen
- 7.6 Hoger beroep
- 7.7 Artikel 1F vs artikel 3 EVRM na rechtsmiddelen
- 7.8 Europees inreisverbod
- 7.9 Ongewenstverklaring
- 7.10 Opvolgende aanvraag
- 7.11 Doen - Niet doen
- 8. De alleenstaande minderjarige
- 9. Medische aspecten in asiel
- 10. Gezinshereniging: nareis en artikel 8 EVRM
- 11. Mensenhandel en uitbuiting
- 12. Buitenschuldvergunning
- 13. Bronnen onderbouwen asielrelaas
- 13.1 Categorieën bronnen
- 13.2 Landeninformatie
- 13.3 Medische documentatie
- 13.4 Verklaringen van derden
- 13.5 Contacten met organisaties
- 13.6 Beleidstukken
- 13.7 Jurisprudentie
- 13.8 Gebruik van inhoudelijke bronnen
- 13.9 Onderzoek KMar en Bureau Documenten
- 13.10 Taalanalyse
- 13.11 Gebruik van juridische bronnen
- 13.12 Nieuwsbrieven
- 13.13 Doen - Niet doen
- 14. Verkrijgen en behoud van de verblijfsvergunning asiel
- 15. Terugkeerbesluit, vreemdelingenbewaring en vertrek
- 16. Moratoria en Richtlijn Tijdelijke Bescherming
- 17. Overschrijden termijnen, dwangsom en verjaring
- 18. Tolken en vertaling
- 19. Second opinion
- 20. Opvang COA
- 21. Klachten
- 21.1 Een klacht indienen
- 21.2 Klacht tegen een andere advocaat
- 21.3 Redenen om een klacht in te dienen
- 21.4 Klachtprocedure bij een bestuursorgaan
- 21.5 Klachtwaardig gedrag van tolken
- 21.6 Procesverloop klacht
- 21.7 Klachtprocedure bij de Nationale ombudsman
- 21.8 Zelf een klacht krijgen
- 21.9 Doen - Niet doen
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 22. Totaaloverzicht Doen - Niet Doen