1.7.1 Inwilliging asielaanvraag
Op het moment dat de aanvraag wordt ingewilligd zijn er nog een paar checks die gedaan moeten worden.
Ten eerste is het belangrijk om te controleren of de personalia goed staan vermeld in de beschikking. Dit is met name van belang als er tijdens de procedure een discussie is geweest over de leeftijd (meerderjarig of minderjarig) of de nationaliteit (staatloos of onbekend). Indien deze gegevens niet kloppen kan dat een reden zijn om beroep in te stellen. Mocht evident zijn dat er sprake is van een vergissing, dan is het sneller om even te bellen.
Controleer deze punten na inwilliging van de asielaanvraag:
- Zijn de personalia correct?
- De ingangsdatum van de verblijfsvergunning, met name als er eerst een Dublin-procedure is geweest.
Ten tweede controleer je de ingangsdatum van de verblijfsvergunning. Dit kan wel eens misgaan op het moment dat er een Dublin-procedure aan de inhoudelijke behandeling vooraf is gegaan. Controleer of de ingangsdatum overeenkomt met de datum van de aanvraag. Wat het moment van de aanvraag is, staat soms ter discussie. In drukke tijden wil er wel een tijd zitten tussen de registratie en de ondertekening van de asielaanvraag. Over de vraag van welke datum moet worden uitgegaan zijn prejudiciële vragen gesteld door de rechtbank Haarlem.[47] Ook heeft de Afdeling een uitspraak gedaan over de loopbrief als moment van registratie en daarmee een bewijs dat verzocht is om internationale bescherming.[48]
Je kunt ervoor kiezen om de beschikking met je cliënt te bespreken op kantoor of op het AC. Dit zal bijna nooit noodzakelijk zijn. Een verzending van de beschikking per email of post volstaat in de meeste gevallen. Biedt je cliënt wel de mogelijkheid om het besluit in een persoonlijk gesprek te bespreken.
Bij de beschikking die wordt meegezonden per post of fax zit een brochure met informatie voor je cliënt. Stuur die mee. Wijs je cliënt er verder nog op dat de verblijfsvergunning door hem zelf verlengd moet worden, dat na vijf jaar een verblijfsrecht voor onbepaalde tijd kan worden aangevraagd en eventueel naturalisatie. Wijs ook op de mogelijkheid van gezinshereniging en op de termijn van drie maanden waarbinnen de aanvraag voor nareis moet worden ingediend. Verwijs je cliënt voor hulp bij deze aanvraag naar Vluchtelingenwerk of Nidos in het geval van een minderjarige.
Informeer je cliënt ook over de bewaartermijn van het dossier en leg uit dat wanneer er originele documenten zijn ingeleverd, deze terug moeten worden gegeven door de IND.
-
Proces
- 1. De asielprocedure uitgelegd
- 2. De Dublinprocedure
- 3. Opvolgende aanvraag
- 3.1 De intake
- 3.2 Model M35-O invullen
- 3.3 Indienen opvolgende asielaanvraag
- 3.4 Voorbereiding op het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.5 Nabespreking van het gehoor opvolgende aanvraag
- 3.6 Reactie naar de IND
- 3.7 Gevolgen indiening opvolgende aanvraag
- 3.8 Beschikking en rechtsmiddelen
- 3.9 Nazorg
- 3.10 Doen - Niet doen
- 4. Beroep en vovo
- 5. Hoger beroep en vovo
- 6. Internationale rechtsmiddelen
- 6.1 Hof van Justitie van de Europese Unie
- 6.2 Jurisprudentieonderzoek
- 6.3 Opstellen van prejudiciële vragen
- 6.4 Verloop van de procedure bij het HvJEU
- 6.5 Uitspraak van het HvJEU
- 6.6 Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- 6.6.1 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM)
- 6.6.2 Analyse ontvankelijkheid
- 6.6.3 Start procedure
- 6.6.4 Opstellen feitenrelaas
- 6.6.5 Opstellen toelichting schendingen
- 6.6.6 Uitputting nationale rechtsmiddelen
- 6.6.7 Checklist formele vereisten
- 6.6.8 Bespreken proces met cliënt
- 6.6.9 Contact met procespartijen
- 6.6.10 Opstellen friendly settlement
- 6.6.11 Repliek-dupliek
- 6.6.12 Uitspraak
- 6.7 VN-comités
- 6.8 Doen - Niet doen
-
Thema's
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 7.1 Dossieranalyse 1F indicaties
- 7.2 Afspraak cliënt
- 7.3 Verwijzing naar 1F-unit
- 7.4 Voornemen artikel 1F
- 7.5 Beschikking en rechtsmiddelen
- 7.6 Hoger beroep
- 7.7 Artikel 1F vs artikel 3 EVRM na rechtsmiddelen
- 7.8 Europees inreisverbod
- 7.9 Ongewenstverklaring
- 7.10 Opvolgende aanvraag
- 7.11 Doen - Niet doen
- 8. De alleenstaande minderjarige
- 9. Medische aspecten in asiel
- 10. Gezinshereniging: nareis en artikel 8 EVRM
- 11. Mensenhandel en uitbuiting
- 12. Buitenschuldvergunning
- 13. Bronnen onderbouwen asielrelaas
- 13.1 Categorieën bronnen
- 13.2 Landeninformatie
- 13.3 Medische documentatie
- 13.4 Verklaringen van derden
- 13.5 Contacten met organisaties
- 13.6 Beleidstukken
- 13.7 Jurisprudentie
- 13.8 Gebruik van inhoudelijke bronnen
- 13.9 Onderzoek KMar en Bureau Documenten
- 13.10 Taalanalyse
- 13.11 Gebruik van juridische bronnen
- 13.12 Nieuwsbrieven
- 13.13 Doen - Niet doen
- 14. Verkrijgen en behoud van de verblijfsvergunning asiel
- 15. Terugkeerbesluit, vreemdelingenbewaring en vertrek
- 16. Moratoria en Richtlijn Tijdelijke Bescherming
- 17. Overschrijden termijnen, dwangsom en verjaring
- 18. Tolken en vertaling
- 19. Second opinion
- 20. Opvang COA
- 21. Klachten
- 21.1 Een klacht indienen
- 21.2 Klacht tegen een andere advocaat
- 21.3 Redenen om een klacht in te dienen
- 21.4 Klachtprocedure bij een bestuursorgaan
- 21.5 Klachtwaardig gedrag van tolken
- 21.6 Procesverloop klacht
- 21.7 Klachtprocedure bij de Nationale ombudsman
- 21.8 Zelf een klacht krijgen
- 21.9 Doen - Niet doen
- 7. 1F Vluchtelingenverdrag
- 22. Totaaloverzicht Doen - Niet Doen